Onderwijs

Kernactiviteit

Onze kernactiviteit is het geven van goed onderwijs. We bieden leerlingen kansen om zich optimaal te ontwikkelen en een diploma te behalen. Ook bereiden we hen voor op de maatschappij en het vervolgonderwijs en laten we ze zien wat het inhoudt een christen te zijn in deze wereld.
Onderwijsontwikkeling vinden we belangrijk en is voor ons een continu proces. Omdat de wereld om ons heen snel verandert, passen we ons onderwijs steeds weer aan de nieuwe werkelijkheid aan. Wat hebben leerlingen van nu nodig voor hun toekomst? Op welke manier bereiken we het beste onze doelen en hoe zorgen we ervoor dat leerlingen een fijne schooltijd hebben en met plezier blijven leren?

Om deze onderwijsontwikkeling goed richting te blijven geven hebben we vier kernwaarden geformuleerd: christelijk, verbindend, levensecht en toekomstgericht! De betekenis van deze vier kernwaarde hebben we verder uitgewerkt in onze FilosoVisie.

In het leerplan ‘Samen talent ontwikkelen’ hebben we beschreven welke leidende principes we gebruiken om samen met leerlingen en ouders (de dynamische driehoek) te werken aan het bereiken van onderwijs- en ontwikkelingsdoelen. Ze helpen docenten en leerlingen om “het goede te doen”. Om datgene te doen dat binnen De Meerwaarde “de bedoeling” is: Ogen van leerlingen laten stralen!

De ogen van leerlingen laten we stralen door:

  • met hen samen te werken
  • te zien wie zij zijn
  • eerlijk te zijn
  • hen verantwoordelijkheid te geven
  • hen ruimte te geven
  • hen op Jezus te wijzen.

Deze leidende principes passen we toe bij het concrete ontwerpen van ons onderwijs. De formatieve werkwijze is daarbij een passend instrument.

Leerlingenaantallen

In het jaar 2022 zijn we qua instroom iets gedaald. Het totaal aantal leerlingen is gedaald van 1800
naar 1788 leerlingen. We signaleren een dalende lijn sinds schooljaar 2017-2018.

Om een inschatting te maken van de leerlingaantallen van de komende schooljaren worden prognose gebruikt van de instanties VOION, DUO en de gemeente Barneveld. Deze vergelijken we met onze eigen prognose die is gebaseerd op de werkelijke leerlingaantallen van de toeleverende scholen aan De Meerwaarde in combinatie met het procentuele ‘marktaandeel’ per school van leerlingen die naar De Meerwaarde gaan. De prognoses van de instanties laten een bescheiden doch gestage jaarlijkse groei zien van 0,5%. De eigen prognose laat daarentegen een stabilisatie zien van leerlingen.

Geografisch voedingsgebied

Onze leerlingen komen uit een grote regio die zijn grenzen kent bij Amersfoort, Leusden, Ede, Veenendaal, Harskamp, Kootwijk, Garderen, Putten en Nijkerk. De leerlingen die het verst weg wonen, wonen 21 kilometer bij ons vandaan.

Bron: Scholen op de kaart

Aanbod opleidingen

Wij bieden een breed scala aan opleidingsmogelijkheden.

De Meerwaarde biedt zes profielen: Zorg en Welzijn (Z&W), Economie en ondernemen (E&O), Groen (Landbouw), Bouwen, Wonen en Interieur (BWI), Mobiliteit en Transport (M&T) en Produceren, installeren en energie (PIE). Alle profielen kunnen op drie niveaus afgesloten worden: de basisberoepsgerichte leerweg, de kaderberoepsgerichte leerweg en de gemengd-/theoretische leerweg. Naast deze profielen en leerwegen biedt De Meerwaarde Praktijkonderwijs.

De Meerwaarde werkt voor het aanbod van mbo-opleidingen samen met MBO Amersfoort. De opleidingen die worden aangeboden zijn BBL-opleidingen niveau 2 en 3 Bouwtechniek op MBO locatie De Meerwaarde. In augustus 2020 zijn we gestart met BGO, de Barneveldse Gezondheidszorgopleiding in woonzorgcentrum Neboplus in Barneveld. Een mooie samenwerking tussen De Meerwaarde, MBO-Amersfoort en Neboplus. Er worden twee BOL opleidingen aangeboden: Helpende Zorg en Welzijn niveau 2 en Verzorgende IG niveau 3. De studenten draaien dagelijks mee in de zorg bij Neboplus en volgen hun lessen op dezelfde locatie. Zo is er een mooie stap gemaakt naar betekenisvol leren in de praktijk: Onderwijs in bedrijf!

De Meerwaarde is verantwoordelijk voor de uitvoering van het curriculum en MBO Amersfoort verzorgt de examinering.

Docenten van het Praktijkonderwijs verzorgen op De Meerwaarde, in samenwerking met MBO Amersfoort, de Entree-opleiding.

Profielen

basisberoepsgerichte leerweg

Procentueel gezien deden de meeste leerlingen in leerjaar 4 van de basisberoepsgerichte leerweg in schooljaar 2022-2023 examen in het profiel Z&W (41%) De opleiding Techniek werd door38,5% van de leerlingen gevolgd: M&T 11,5%, BWI 16,4 % en PIE 4,9%. Het profiel Groen door 9,8% en E&O door 16,4%.

Ten opzichte van het vorige schooljaar nam het percentage leerlingen dat binnen deze leerweg examen deed toe bij de profielen: Z&W (8,8%) en E&O (4,1%) en af bij Techniek (5,7%) bij Groen (7,1%).

Profiel2022-20232021-20222020-2021
Bouwen, wonen en interieur10813
Economie en ondernemen1087
Groen61113
Mobiliteit en transport71319
Produceren, installeren en energie<5<512
Zorg en Welzijn252121

kaderberoepsgerichte leerweg

Bij de kaderberoepsgerichte leerweg was in 2023 het profiel Z&W met 41,9% procentueel gezien het meest gekozen profiel, gevolgd door Techniek (36,3%): M&T 9,4%, BWI 11% en PIE 5,8%. Voor het profiel E&O koos 15,7% van de leerlingen en voor profiel Groen 16,2%.

Ten opzichte van 2022 nam het percentage leerlingen dat binnen deze leerweg examen deed toe bij Z&W (3,2%), E&O (0,7%) en Groen (5,3%) en af bij Techniek (10,1%)

Profiel2022-20232021-20222020-2021
Bouwen, wonen en interieur212938
Economie en ondernemen302939
Groen312125
Mobiliteit en transport182518
Produceren, installeren en energie111615
Zorg en Welzijn807337

gemengd/theoretische leerweg

Net zoals in de andere leerwegen kiezen we op De Meerwaarde ook in de gemengd/theoretische leerweg voor praktisch onderwijs, omdat we van mening zijn dat praktisch onderwijs motiveert én bijdraagt aan een goede oriëntatie en keuze voor een vervolgopleiding, gevolgd door een goede doorstroom in het vervolgonderwijs.

De leerlingen in deze leerweg hebben in 2023 opnieuw examen gedaan in een beroepsgericht profielvak naast de 5 of 6 AVO-vakken.

Profiel2022-20232021-20222020-2021
E&O232834
Groen202422
Techniek425449
Zorg en Welzijn434544

Bij de gemengd/theoretische leerweg is sprake van kleine verschuivingen qua leerlingenaantallen t.o.v. 2021-2022. Procentueel gezien is een kleine afname bij Techniek te zien, net zoals bij Groen en E&O. Z&W laat een stijging zien.

Praktijkonderwijs

De afdeling Praktijkonderwijs (PrO) heeft een eigen Brinnummer en zijn eigen plek binnen De Meerwaarde. Er is een Leerrouteplan PrO dat aansluit bij het schoolbrede Leerplan en de FilosoVisie van De Meerwaarde. Ook is er een eigen website, gekoppeld aan de website van De Meerwaarde en een eigen schoolgids. Het Praktijkonderwijs kenmerkt zich door leerlingen met een extra ondersteuningsbehoefte. Zij hebben allemaal een toelaatbaarheidsverklaring van het samenwerkingsverband POBV. Er wordt voor iedere leerling gewerkt met een Ontwikkelplan (OP). Hierin staat beschreven welk eindperspectief nagestreefd wordt en op welke manier daaraan gewerkt gaat worden. De Schakelklas en de Entree-opleiding behoren ook tot de afdeling Praktijkonderwijs.

Kernactiviteit

Het Praktijkonderwijs biedt leerlingen eindonderwijs; het leidt op voor wonen, vrije tijd, burgerschap en arbeidsmarkt. Het onderwijs bereidt voor op het functioneren in de samenleving, nu en in de toekomst.

In het praktijkonderwijs gaat het om talentontwikkeling, het centraal stellen van de leerling en maatwerk. Het curriculum bestaat uit theoretisch onderwijs, persoonlijkheidsvorming, sociale vorming en arbeidstraining. Rekenen en Taal krijgen veel aandacht om hiermee doorstroom naar het mbo open te houden. Het gaat ook bij deze leerlingen om ‘Meer bereiken dan mogelijk lijkt!’ en We geloven in elk talent.

Aantal leerlingen afdeling PrO

Het praktijkonderwijs is een afdeling met in totaal 183 leerlingen. 30 Leerlingen zitten in de schakelklas. Deze leerlingen zijn aangemeld op het VMBO maar met een grote leerachterstand. Het streven is dat deze leerlingen na een jaar schakelen doorstromen naar het VMBO. In de schakelklas ligt de nadruk op taal, rekenen en de sociaal emotionele ontwikkeling.

Leerlingbegeleidingssysteem (lbs) Presentis

Voor de verdere doorontwikkeling van de begeleiding van leerlingen gebruiken we het programma Presentis. Presentis is een digitaal begeleidingssysteem voor vraaggericht onderwijs. Het programma is speciaal ontwikkeld voor het PrO. Het volledige programma wordt gebruikt inclusief de mogelijkheid om de functionaliteit te gebruiken via een app op mobiele devices.

Entree-opleiding

In samenwerking met het MBO Amersfoort verzorgt het PrO de volgende MBO-opleidingen:

  • Entree Horeca, voeding of voedingsindustrie
  • Entree Dienstverlening en zorg
  • Entree Logistiek
  • Entree Verkoop/retail
  • Entree Bouwen, wonen en onderhoud
  • Entree Metaal-, elektro-, en installatietechniek
  • Entree Mobiliteit

In samenwerking met het ZoneCollege verzorgt het PrO de volgende MBO-opleiding:

  • Entree Plant, dier en groene leefomgeving

Entree kent twee varianten op De Meerwaarde:

  • Entree-werken: gericht op uitstroom naar werk (arbeidscompetenties en het beroepsgerichte programma en taal en rekenen op 1F)
  • Entree-leren: gericht op uitstroom naar mbo-niveau 2 (arbeidscompetenties, het beroepsgerichte programma en rekenen/taal op 2F).

Transitieklas

De leerlingen uit deze klas stromen uit naar een reguliere baan. Wanneer regulier niet mogelijk is, wordt voor deze leerlingen een werkplek gezocht in een meer beschermde omgeving met meer begeleiding.

Schakelklas

Voor leerlingen die na de basisschool nog een extra ontwikkeljaar nodig hebben, bieden we een traject in de Schakelklas aan. In dit schakeljaar krijgen de leerlingen veel taal en rekenen waardoor ze beter voorbereid zijn op het VO. Leerlingen met een PrO-indicatie gaan niet naar de Schakelklas, omdat de Schakelklas leerlingen voorbereid op het regulier VO.

Opbrengsten Praktijkonderwijs

Na klas 3 worden de leerlingen ingedeeld op hun uitstroomperspectief. De mogelijkheden zijn: MBO Entree-Werken, MBO Entree-Leren en de Transitieklas.

Onderwijskundige ontwikkelingen praktijkonderwijs

In het praktijkonderwijs werken we vanuit onze ambitie en onze missie is daarbij: Bouw je droom!

Om deze ambitie waar te maken zijn we als team PrO gestart met didactisch coachen. Concreet betekent dit dat we als begeleiders (docenten, mentoren, jobcoaches) meer vragen stellen en de leerlingen begeleiden bij het vinden van de voor hem/haar passende antwoorden. Daarnaast zijn we gestart met leerlingen te leren goed om te gaan met feedback/feedforward. We willen leerlingen leren zelf verantwoordelijkheid te dragen voor zijn eigen gedrag en leren. Op dit niveau zal een leerling dan ook beter gemotiveerd werken aan zijn/haar droom. Door het opleiden van onze bovenbouwdocenten tot jobcoach kunnen we leerlingen op een goede manier begeleiden naar een baan en of vervolgopleiding. De onderbouwdocenten zijn gestart met het project van V&F didactisch coachen. Er is een sterke behoefte bij deze docenten om samen te groeien in de rol als docent. Ook wordt ingezet op de groei als team door ook zelf meer open te staan voor feedback en onderlinge coaching of het leren van elkaar.

Examenresultaten vmbo

De grootste groep leerlingen deed in schooljaar 2022-2023 examen in de kaderberoepsgerichte leerweg (48 %). Dit percentage ligt hoger dan vorig jaar (43,8%). Het percentage deelnemers bij de gemengd/theoretische leerweg was ongeveer gelijk (37%). In de basisberoepsgerichte leerweg daalde het percentage van 19,4% naar 16%.

Onderstaande tabel laat zien hoe leerlingen die afgelopen drie jaren examen deden, verdeeld zijn over de onderwijssoorten. Bovendien laat de tabel een trend zien in slaagpercentage. Daarbij moet aangetekend worden dat in de examenjaren 2018-2019 en 2019-2020 coronamaatregelen van kracht waren, waardoor een vertekend beeld ontstaat.

Daarnaast is zichtbaar gemaakt of dit slaagpercentage boven (groen), op (grijs) of onder (rood) de inspectienorm ligt.

In 2023 zijn de volgende examenresultaten behaald:

  • In de basisberoepsgerichte leerweg zijn 4 van de 61 leerlingen afgewezen en is het slaagpercentage 93,4%. Dit ligt iets lager het landelijk slaagpercentage (95,7%).
  • In de kaderberoepsgerichte leerweg zijn 16 van de 191 leerlingen afgewezen en is het slaagpercentage 91,1%. Dit ligt iets lager het landelijk slaagpercentage (93,7%).
  • De gemengd/theoretische leerweg behaalde een slaagpercentage van 97,7%, wat boven het landelijk gemiddelde (91,2%) ligt. Van de 128 leerlingen zijn er 3 leerlingen afgewezen.

Onderwijskundige- en onderwijs-programmatische zaken

Leerplan

Ons onderwijsgebouw voldoet aan de voorwaarden voor goed onderwijs. Wat volgens ons goed onderwijs is, hebben we beschreven in ons Leerplan. Dit Leerplan is continu in ontwikkeling. Jaarlijks zijn er zaken die van buitenaf op ons afkomen en waar we de keuze moeten maken of we er wel of niet iets mee gaan doen in ons onderwijsprogramma. Het leerplan is opgenomen in de Planning & Control-cyclus zodat het een richtinggevend instrument is voor de planvorming in de teams en vakgroepen.

Het leerplan is beschreven volgens het Spinnenweb van Van den Akker (SLO).

Flexibel en wendbaar onderwijs (FWO) 

Een project dat in 2020 vanwege COVID-19 naar voren is gehaald is het project ‘flexibel en wendbaar onderwijs’. Onder flexibel en wendbaar onderwijs verstaan we onderwijs dat niet of minder afhankelijk is van tijd of ruimte. 

Leerlingen kunnen op elke plek en op elk tijdstip werken aan hun ontwikkeling. De afhankelijkheid van de docent wordt hiermee ook anders van aard. 

We hebben FWO in het Leerplan 2021/2025 opgenomen: “Op De Meerwaarde wordt een hybride vorm van onderwijs beoogd, dat flexibel en wendbaar vorm gegeven wordt. Hybride onderwijs: plaats en tijd onafhankelijk onderwijs, georganiseerd met on- en offline middelen”. Per leerroute moet gekeken worden wat daarbij passend is voor de doelgroep en dat wordt vastgelegd in de leerroute- en vakgroepplannen. 

FWO is in de basis opgezet volgens de methodiek van ‘vier in balans’, waarbij de volgende resultaten zijn benoemd: 

  • Visie m.b.t. leermiddelen (inclusief ELO);
  • Docenten en Direct Onderwijsondersteunend Personeel hebben kennis, kunde en een positieve houding om ICT zoveel mogelijk in te zetten voor het onderwijs (professionalisering);
  • Er is voldoende inhoud en er zijn voldoende toepassingen om onderwijs met ICT in te zetten;
  • Infrastructuur is passend (BYOD).

In de eerste fase van het project maakte een geplande VIA-visitatie voor een 0-meting onderdeel uit van het project. Helaas is de VIA-visitatie vanwege COVID-omstandigheden twee keer op het allerlaatste moment uitgesteld en vervolgens verplaatst naar 2023. Na het eerste uitstel is besloten om een aantal zaken parallel op te pakken. Dat heeft tot de volgende voortgang geleid: 

  1. Visie m.b.t. leermiddelen. Vanuit alle vakgroepen is input gevraagd en ontvangen hoe zij met digitale leermiddelen willen omgaan. De visieontwikkeling op de eenduidige inzet van ELO is volgens de laatste rapportage nu in een vergevorderd stadium. Vastgesteld is dat voor wat betreft de visie op leermiddelen en de inzet van de ELO er geen belemmeringen liggen voor praktische vervolgstappen in de organisatie. Bovendien zijn er vanuit onderwijskundig perspectief eenduidige vervolgdoelen gedefinieerd, zie daarover hieronder; 
  2. Vastgesteld is, dat de invoering van meer devices geen andere werkwijze vraagt van de docenten dan de huidige situatie. Van het ICT beheer daarentegen wel. Daar heeft de noodzakelijke kennisoverdracht plaatsgevonden en deze wordt nu toegepast in een pilot bij Zorg & Welzijn waar alle leerlingen en docenten nu al werken met een eigen device. Daarmee kan in de praktijk worden vastgesteld in welke mate we al het kennisniveau hebben bereikt dat we nodig hebben voor de ‘roll out’ van een device per leerling; 
  3. Intern is onderzoek gedaan naar gebruik en behoefte van digitale leermiddelen. Alle teamleiders en vakgroepleiders zijn geïnterviewd, de analyse is gemaakt, het advies is gegeven hoe we gefaseerd kunnen groeien naar meer devices in de organisatie, het advies is overgenomen in MT (besluit) en de GMR heeft ermee ingestemd. 
  4. Samen met onze partner Veltwerk is vastgesteld dat onze infrastructuur passend is voor onze toekomstige ambities. 

Op basis van 4 in balans is besloten tot een gefaseerde ‘roll out’ van devices per leerling. Voor de volgende fase van het project F&W zijn aanvullende, deels leerroute overstijgende, doelen gedefinieerd vanuit onderwijskundig perspectief. Zo is het niet alleen belangrijk dat leerlingen op verschillende plekken onderwijs kunnen volgen (op school, op stage, thuis, etc.), maar willen we leerroute overstijgend ook mogelijk maken dat leerlingen vakken op verschillende niveaus kunnen volgen. Bovendien wordt vanuit het traject om onze visie op begeleiding te herijken en de ambitie om daarin nog inclusiever te kunnen zijn duidelijk dat we begeleiding nog meer integraal, dichtbij en in het onderwijs willen laten plaatsvinden. Dat betekent dat leerlingen passend kunnen worden begeleid bij verschillende ondersteuningsbehoeften en bij verschillende vakken. Verder moeten we dan ook waar mogelijk er rekening mee houden dat leerlingen passend kunnen worden begeleid bij verschillende ondersteuningsbehoeften in verband met een diagnose. Dit moet er ook toe leiden dat leerlingen en ouders/verzorgers meer eenduidigheid zullen ervaren binnen leerroutes en teams met betrekking tot onderwijsprocessen (inclusief de begeleiding) en de ELO. Als laatste is hierin van belang dat er over de leerjaren heen een ontwikkeling ondersteund kan worden. Leerlingen moeten daarmee de mogelijkheden krijgen om te groeien in verantwoordelijkheid ten aanzien van hun eigen leerproces. Leerlingen kunnen daarin bijvoorbeeld in toenemende mate meer ruimte krijgen, om hun (week-) programma en tijd zelfstandig in te delen.

Het is mooi te constateren hoe in het project verschillende zaken bij elkaar komen. Tegelijkertijd geeft het ook steeds meer zicht op de complexiteit van de opgave. Vanuit het project is aangegeven dat om bovenstaande doelen te realiseren het van cruciaal belang is dat de toets-programma’s (PTO’s en PTA’s) van de verschillende leerroutes zo veel als mogelijk op elkaar afgestemd worden (een en ander ook passend binnen de formatieve visie zoals die in het Leerplan is vastgelegd). De examencommissie is gevraagd om een advies te geven wat daar voor nodig is. De directie heeft deze adviezen overgenomen en er is in november een plan van aanpak vastgesteld voor het vervolg. De examencommissie en toetscommissie worden voor de begeleiding van dit traject nadrukkelijk betrokken.

Tenslotte gaat ook De Meerwaarde-academie hierin een onmisbare rol vervullen; zij werkt aan een deskundigheidsbevorderingsprogramma op het gebied van FWO. Je kunt hierbij denken aan:

  1. De leraar is digitaal basisvaardig1.
  2. De leraar is vaardig in het gebruik van de ELO of Presentis-functionaliteiten.
  3. De leraar is vaardig in het gebruik van LVS-JIJ.

Formatief evalueren
In schooljaar 2022-2023 heeft de ontwikkeling naar een meer formatieve vorm van evalueren in de lessen zich voortgezet. Inmiddels is er een schoolbrede visie op FE. We zien de formatieve aanpak inmiddels niet alleen steeds vaker in de lessen terug, maar ook bij verschillende ontwikkelingen, bijvoorbeeld rondom kwaliteit. Daarom spreken we liever over formatief denken en handelen, als het gaat om schoolbrede ontwikkelingen en ontwikkelingen in de leerroutes.

De insteek is dat in de verschillende plannen vanuit de vakgroepen en de teams concreet verwoord is aan welke doelen gewerkt wordt en dat vervolgens op de goede plek de dialoog gevoerd wordt over wat goed onderwijs is om de ontwikkeling van leerlingen zo optimaal mogelijk te ondersteunen.

Doorlopende leerlijnen VMBO-MBO
De ambitie van De Meerwaarde is om passende opleidingen aan te bieden, om zo de doorstroom van vmbo en PrO naar een vervolgopleiding zo soepel en succesvol mogelijk te laten verlopen.

Voor de ontwikkeling aan doorlopende leerlijnen is gewerkt aan twee inhoudelijke trajecten:

  • VMBO-Entree – opgeleverd in maart 2022
  • Er is een visie op VMBO-Entree ontwikkeld.
  • Er is een proces (met MBO Amersfoort) beschreven. De doelstelling van project VMBO-Entree was: Een passend en zo natuurlijk mogelijk traject creëren voor vmbo-leerlingen die met een Entree diploma doorstromen naar het MBO niveau 2.

De aanbevelingen zijn:

  • VMBO-Entree wordt geplaatst binnen het Praktijkonderwijs
  • De bekostiging voor het plaatsen van de vmbo-leerlingen in het Praktijkonderwijs
  • Opstellen convenant MBO Amersfoort/Zone college
  • Leerlingen van Entree-opleiding maken gebruik van faciliteiten en/of docenten van de verschillende profielen VMBO
  • Er is een programma en lessentabel voor diverse leerjaren opgesteld

In afwachting van de Visie op begeleiding (die inmiddels in concept klaar is) en de uitwerking hiervan, is de uitkomst van project VMBO-Entree tijdens de reflectiedagen in mei besproken.

In de nieuwe kaderbrief (2023-2026) van de Bestuurder staat beschreven dat we, in het kader van een “zo nabij mogelijk passende onderwijsplek”, gaan bekijken of er aanvullingen op het bestaande onderwijsaanbod qua portfolio van leerroutes en arrangementen nodig/mogelijk zijn. Bij de overwegingen die gemaakt zullen worden zal ook de mogelijkheid van VMBO-Entree besproken worden.

  • Doorgaande leerlingen Techniek (BWI, PIE en M&T)
  • In samenwerking met MBO Amersfoort is er een Stuurgroep Projectgroep vmbo-mbo ingesteld, met drie projectgroepen, voor de routes Bouwtechniek, Mobiliteit & Transport en Produceren, Installeren en Energie. In de verschillende werkgroepen werken docenten samen aan de doorlopende leerroute voor het betreffende profiel.

Bij de verkenning van mogelijkheden voor doorlopende leerroutes worden ook de Barneveldse Techniek Opleiding (BTO), de Barneveldse Bouwopleidingen (BBO) en de Barneveldse Gezondheidszorg Opleiding (BGO) betrokken. Daarnaast is er een bestuurlijke intentieovereenkomst voor een verkenning op doorlopende leerroutes afgesloten met de Christelijke Onderwijsgroep Vallei & Gelderland-Midden (COG), (waaronder Het Perron, Leerpark Presikhaaf, Technova en Dulon College vallen), Het Streek College en Pantarijn waarbij De Meerwaarde via één van de onderwijsdirecteuren participeert in de stuurgroep.

Sterk techniekonderwijs (STO) 

Bij STO trekken we in de regio FoodValley samen op met Het Streek Ede, Het Perron Veenendaal en Pantarijn Wageningen. De Meerwaarde is penvoerder. De Meerwaarde werkt naast het regionale spoor (project 1) aan een intern spoor via drie deelprojecten (project 2 tot en met 4). Hieronder verantwoorden we de voortgang voor 2023. Onderstaand worden de 4 projecten beschreven: 

Project 1

In project 1 STO ‘In de regio’ – Naast een aantal inhoudelijke regionale bijeenkomsten die vanuit het projectplan zijn geprogrammeerd (met wisselende opkomst) zijn er regionaal in stuur- en regiegroep drie focuspunten geweest die met name aandacht hebben gehad: inhalen achterstand, arbeidsmarktproblematiek en vooruitkijken naar de volgende fase. Het inhalen van de achterstand ligt goed op koers, zeker met de uitloopmogelijkheid in 2024 gaan alle scholen de realisatie halen. Voor arbeidsmarktproblematiek is de benadering gekozen om regionaal in te spelen op ‘lokale dynamiek’ en daarin met elkaar mee te denken. Dat betekent voor De Meerwaarde dat er een gerichte campagne is gevoerd rond de opening van het Techniekcentrum in combinatie met een breed verspreide Techniekkrant en in het voorjaar 2023 een bijeenkomst is georganiseerd om technisch personeel te werven met advertenties in technische vakbladen, via actieve stakeholdersbenadering met een avond ‘Over werken op De Meerwaarde’. Ook is in 2023 een regionale bijeenkomst georganiseerd met projectleiders en betrokken professionals uit de scholen waarbij alle scholen hun resultaten en planvorming rond techniek hebben gepresenteerd.

Project 2

In project 2 STO gaat het over de aansluiting PO – VO. Doel van dit deelproject is het ontwikkelen van een doorlopende leerlijn wetenschap & technologie (W&T) vanaf groep 7 van de basisschool. De drie verschillende scholenkoepels in Barneveld hebben een samenwerkingsovereenkomst. Het gaat om: Stichting Hervormde Scholen De Drieslag, PCO voor Opvang en Onderwijs Gelderse Vallei en Stichting Openbaar Primair Onderwijs Eem-Vallei Educatief. De betreffendebasisscholen participeren in de projectgroep en hebben thema’s ontwikkeld die De Meerwaarde verzorgt voor leerlingen van groep 7 en 8. De gekozen didactiek is het concept van onderzoekend, ontdekkend en ontwerpend leren. We gebruiken hierbij het model van “de 7 werelden van Techniek” in relatie met het programma W&T. Via deze 7 werelden krijgen basisschoolleerlingen echt de mogelijkheid zich op de breedte van techniek te oriënteren. Inmiddels maakt project 2 STO gebruik van de inrichting van het Techniekcentrumpassend van de Meerwaarde.

Project 3

Project 3 STO gaat over Techniek op het VMBO in de breedste zin van het woord. Doel van dit deelproject is om duurzaam technisch onderwijs te realiseren. Verder willen we vernieuwing en partners. Dat wordt opgepakt via de lijnen innovaties en moderne apparatuur en professionalisering van docenten. Met dit deelproject wil De Meerwaarde de oriëntatie voor leerlingen en docenten beter afstemmen op de ontwikkelingen in de sectoren van nu en in de toekomst. Denk aan de energietransitie, connectivity, smart industry, smart mobility, robotisering, domotica e.d. Daarbij willen we ook door meer en gerichtere begeleiding meer leerrendement halen uit het techniekonderwijs. De ontwikkelde visie op techniek geeft antwoord op de vragen: hoe zien we techniek binnen alle profielen, leerjaren en leerroutes. Logischerwijs sluit deze visie aan bij de visie van De Meerwaarde.

Vanuit alle profielen zijn wensen/ thema’s ingediend om een plek te krijgen in project 3 STO. Daarbij is het gelukt om op de verschillende thema’s mensen in te zetten die gefaciliteerd zijn vanuit STO om hiermee aan de slag te gaan. In 2023 zijn de gefaciliteerde docenten verder gegaan met het doorontwikkelen en onderzoeken van keuzedelen. Bij Mobiliteit & Transport betreft het Elektronica en Electrische voertuigen voor GT- en Basis/Kaderleerlingen. Voor Economie & Ondernemen gaat het om Mediavormgeving en ICT/ Webshop. Bij Zorg & Welzijn om een keuzevak Zorg en technologie en bij Groen om Levensmiddelen technologie. Tevens hebben we gezorgd voor een bredere inbedding van techniek in de praktische profiel oriëntatie (ppo) in de opzet van Goede Start (het eerste leerjaar). Daarbij kunnen leerlingen uit profielen als Groen, Economie & Ondernemen en Zorg & Welzijn ook kennismaken met relevante technische ontwikkelingen. Ook voor het tweede leerjaar zijn de ontwikkelingen van een beroepsgericht leerjaar middels technieklessen voor de drie profielen BWI, PIE en M&T opgepakt.

Project 4

Project 4 STO heeft betrekking op de doorlopende leerroutes VMBO - MBO. Doel is het realiseren van: een duidelijke visie op doorlopende leerroutes Techniek: BWI-PIE-M&T, wat betreft kwalificatie, socialisatie en persoonsvorming en daarnaast doorlopende leerroutes, waarbij het onderwijs verdiept, versneld of verrijkt wordt. Daarvoor zijn we in gesprek gegaan met onze samenwerkingspartner MBO Amersfoort. Vervolgens zijn er drie werkgroepen geformeerd en aan de slag gegaan: BWI, PIE en M&T. In 2023 is een mooie pilot vanuit de werkgroep BWI. Leerlingen die kiezen voor een vervolgopleiding in de bouwtechniek krijgen de mogelijkheid om alvast het MBO keuzedeel “wandtegels zetten” te gaan halen. Dit biedt leerlingen die hierin mee participeren de mogelijkheid om te versnellen bij het MBO. Dit schooljaar nemen zes leerlingen deel aan deze pilot.

Internationalisering

Op De Meerwaarde vinden we het belangrijk dat de leerlingen in de gelegenheid worden gesteld om levensecht te leren. Om hieraan tegemoet te komen, worden projecten ontwikkeld waarin leerlingen uitgedaagd worden om aan de slag te gaan met het oplossen van levensechte dilemma’s. Bij de moderne vreemde taal Duits krijgen leerlingen te maken met taken en opdrachten die een realistisch beeld van Duitsland met haar taal en cultuur geven.

Uitdagend onderwijs voor iedere leerling

Iedere leerling op De Meerwaarde heeft recht op goed onderwijs dat haar of hem motiveert en uitdaagt het beste uit zichzelf te halen.

In 2023 zijn we gestart met schoolbrede ontwikkelgroepen om te komen tot aanscherping en verheldering van het professionele kader voor ons onderwijs en de hele school . De aanleiding hiervoor lag in een analyse, uitgevoerd door de directeur onderwijs a.i. Deze zogenaamde NU-analyse is met alle collega's besproken, waarbij vervolgens vanuit gezamenlijkheid aantal prioriteiten zijn geformuleerd. Deze prioriteiten gaven de namen aan de genoemde ontwikkelgroepen:

  1. De Goede Meerwaarde-les
  2. Mooi Mentoraat
  3. Vaardige Vakgroepen
  4. Leiderschap met lef
  5. De organisatie op orde.

Vlak voor de zomervakantie hebben de ontwikkelgroepen de resultaten opgeleverd. Deze zijn leidend geworden voor de verdere invulling van het onderwijs. Enkele belangrijke inhoudeijke keuzes zijn:

  • richtlijnen wat we aan zichtbare aanpakken willen zien binnen het onderwijs.
  • een beperkt aantal schoolbrede vakgroepen die functioneel vallen onder de onderwijsdirectie
  • verdere versterking van de rol van de mentor, als onderdeel van de basisondersteuning.

Partnerschap in de regio

In de afgelopen jaren heeft het zoeken naar verbinding met de diverse stakeholders ertoe geleid dat

De Meerwaarde in veel bedrijven en instellingen in de regio een goede samenwerkingspartner heeft gevonden, waardoor onze jongeren in het VMBO, het Praktijkonderwijs en het MBO de kans krijgen om in de praktijk goede stage- en werkervaringen op te doen, hun talenten te ontdekken en te ontwikkelen en zich zo te oriënteren op een toekomstig beroep. We werken hierbij graag samen met onze stakeholders, onze educatieve partners. Ontwikkeling en verandering hebben namelijk de grootste kans van slagen als de meest belanghebbenden, er op een of andere manier bij betrokken worden. We vinden het daarnaast belangrijk om, in een tijd vol veranderingen in beroep en samenleving, samen met bedrijven en instellingen in te spelen op toekomstige ontwikkelingen.

Voor het realiseren van Sterk Beroepsonderwijs en Sterk Techniekonderwijs is regionale samenwerking nodig om het onderwijs up-to-date te houden. In de afgelopen jaren hebben we veel ingezet op partnerschap in de regio. Op MBO locatie De Meerwaarde in Barneveld (kleinschalig en dichtbij) kunnen MBO-opleidingen gevolgd worden in de Bouwtechniek, waarbij samengewerkt wordt met MBO Amersfoort. De Meerwaarde is verantwoordelijk voor de uitvoering van het curriculum en MBO Amersfoort verzorgt de examinering.

Hetzelfde geldt voor BGO, de Barneveldse Gezondheidszorgopleiding: BOL-opleidingen Helpende Zorg & Welzijn en Verzorgende IG worden aangeboden in zorgcentrum Neboplus. Betekenis leren en werken in de praktijk!

Alle teams werken aan meer levensecht onderwijs door zelf contacten te leggen met bedrijven en instellingen. De maatschappelijke stage is in samenwerking met andere VO-scholen, de gemeente Barneveld en Welzijn Barneveld voor onbepaalde tijd geborgd.

Om het belang van de waardevolle samenwerking met stakeholders te onderstrepen is het de traditie dat we in het voorjaar de informatieve en interactieve bijeenkomst “Samen broeden, gewoon een…eitje” organiseren. In de afgelopen jaren hebben we hiervoor sprekers uitgenodigd, zoals Jos Ahlers (Generatie Z), Ruud Veltenaar (Future Proof) en Gabriël Anthonio (Moedig leiderschap), met aansluitend workshops en een “meet & eat”. Kortom: inspiratie, ontmoeting & verbinding. De betrokken stakeholders onderstrepen het belang van een goede samenwerking tussen onderwijs en bedrijfsleven! Na een corona-pauze in 2022 vond deze bijeenkomst ook in 2023 weer plaats.

Onderzoekende houding

Er is en wordt ingezet op het ontwikkelen van De Meerwaarde als onderzoekende school. Het goed volgen en begeleiden van leerlingen blijft onze kerntaak en een onderzoekende houding is daarbij essentieel. Via de basisondersteuning willen we per leerroute de begeleiding van leerlingen verder versterken.

Reeds enkele jaren onderzoeken de onderwijskundige teams op De Meerwaarde op welke wijze zij de kwaliteit van het onderwijs kunnen verbeteren en het leersucces van leerlingen kunnen bevorderen. De teamleider is hierbij de initiator en één of meerdere collega’s de onderzoekers. Het onderzoek heeft het professionele gesprek in de teams gestimuleerd: waarom doen we de dingen zoals we ze doen en kan het beter? Vanuit ons eigen Expertise en Begeleidings Centrum (EBC) wordt de onderzoekende houding en het onderzoek doen gestimuleerd en begeleid.

Ontwikkelingen als gevolg van interne en externe kwaliteitszorg

Op De Meerwaarde benaderen we kwaliteit als ‘op de goede plek het goede gesprek over goed onderwijs’. Het goede gesprek, de dialoog, over ‘goed onderwijs’ wordt op alle organisatieniveaus gevoerd om zo gezamenlijk een neus voor kwaliteit te ontwikkelen. De dialoog wordt gevoerd over wat we moeten (wettelijke kaders) en/of wat we willen (onze ambities). Als instrument dat kan helpen bij het bepalen van het onderwerp waarover we een neus voor kwaliteit willen ontwikkelen, worden de zgn. ‘kwaliteitsspiegels’ ingezet. Hierin zijn wettelijke eisen en ambities per organisatieniveau opgenomen. Data die verzameld wordt, bijvoorbeeld via Vensters, kan hierbij dienen als input, als ‘signaal’, voor kwaliteit.

De aanpak van de kwaliteitsbenadering is van formatieve aard: we bepalen gezamenlijk waarover we een neus voor kwaliteit willen ontwikkelen en wat we moeten doen en kunnen om die kwaliteit te bereiken, (onder)zoeken input die ons kan helpen bij de ontwikkeling van een neus voor kwaliteit, bepalen hoe deze input zich verhoudt tot ons ontwikkeldoel, waarna we aan elkaar gaan laten zien hoe ‘kwaliteit’ er uit ziet en wat ons gedrag daarbij is; vervolgens stellen we ‘kwaliteit’ vast en bepalen we hoe we ervoor zorgen dat we die kwaliteit vasthouden of eventueel nog verder moeten ontwikkelen. Vervolgens begint het cyclisch proces opnieuw.

Bovenstaande tekst is in de afbeelding gevisualiseerd.

Toetsing en examinering

De organisatie van de kwaliteitsborging rondom de schoolexaminering

“Van toetsbeleid naar toetskwaliteit”
We vinden het belangrijk op De Meerwaarde dat de kwaliteit van onze examens en toetsen in alle leerjaren geborgd is. Sinds 2018 wordt gewerkt vanuit schoolbreed toetsbeleid: een samenhangend geheel van kwaliteitszorg waarin maatregelen en voorzieningen zijn getroffen om de kwaliteit van toetsing en examinering bij regulier toetsing en examinering te bewaken en te bevorderen.

Doel van dit kwaliteitsdocument is dat de kaders met betrekking tot toetsing en examinering duidelijk zijn. Deze kaders worden vervolgens nader geconcretiseerd in vankwerkplannen van de verschillende vakgebieden. Op deze wijze wordt de kwaliteit van toetsing en examinering geborgd middels een gezamenlijk beeld van toetsing.

Inhoudelijke beschrijving van toetsen (microniveau) en toetsprogramma leerjaar 1-4 (macroniveau) wordt weergegeven in de toetsjaarplannen per vak.

Voor de bovenbouw heeft het PTA vanwege zijn wettelijke karakter een belangrijke rol in het toetsprogramma. Organisatorische kaders van het PTA zijn deels beschreven in het examenreglement, het toetsbeleid en het Handboek toetsing en examinering. In deze laatste worden de organisatorische kaders beschreven die specifiek voor De Meerwaarde gelden.

Ons toetsbeleid is gebaseerd op:

  • landelijke regelgeving;
  • voortschrijdend inzicht in het licht van de visie op toetsing.

Het beleidsdocument Visie op toetsing: 'Van toetsbeleid tot toetskwaliteit' neemt de kaders die gesteld zijn in ons Leerplan ‘Samen talent ontwikkelen’ als uitgangspunt.

Daarnaast is het goed om te vermelden dat ons toetsbeleid beschreven is aan de hand van het spinnenweb van Van den Akker, om zo te komen tot een consistent curriculum.

Toetsing is hierbij een van de leerplanaspecten. Het toetsbeleid is daarmee een concretisering van het leerplanaspect ‘Toetsen en evalueren’ in het Leerplan.

Op De Meerwaarde wordt toetsen (en beoordelen) gezien als:

het systematisch verzamelen van informatie over iemands kennis, vaardigheden, inzicht, attitude en/of competentieniveau van een leerling en het geven van een oordeel daarover (feedback).

Formatief evalueren

Ons beleid is dat toetsing het leren van de leerling moet versterken.

In de afgelopen jaren heeft op De Meerwaarde dan ook een transitie plaatsgevonden naar een meer formatieve manier van toetsen en evalueren. Van januari 2019 t/m december 2022 hebben docenten van De Meerwaarde deel uitgemaakt van het landelijk leernetwerk FE. Opgedane ervaringen daarin moeten nog (meer) zijn beslag krijgen in ontwikkelingen op De Meerwaarde. De coronapandemie is, onder andere, een oorzaak geweest van een vertraagde ontwikkeling/implementatie.

Toetsexperts

De toetscommissie (leerjaar 1-4) functioneert inmiddels al meerdere jaren en bestaat uit vier leden. Deze leden zijn op de hoogte van landelijke ontwikkelingen en brengen hun expertise in vakken en/of teams. Inmiddels is gerealiseerd dat elk vakgebied op De Meerwaarde een toetsexpert heeft. De toetsexpert is voor de toetscommissie het aanspreekpunt vanuit de vakken, coördineert het proces toetsprogramma en draagt zorg voor een juist verloop van het proces toetsing in zijn/haar vakgebied. In het schooljaar 2021-2022 hebben de toetsexperts een training gevolgd, verzorgd door Platform VMBO en Cito. In het schooljaar 2022-2023 heeft deze training een vervolg gekregen middels een training ‘Toetsdeskundigheid’. Doel van de trainingen is om enerzijds te komen tot meer expertise op De Meerwaarde waar het toetskwaliteit betreft, en anderzijds om deze expertise te borgen door deelnemers aan deze training in te zetten als cursusleiders in de (toekomstige) MeerwaardeAcademie.

Betrokken bij toetsing en examinering

Betrokken bij toetsing en examinering zijn:

  • de vakdocenten;
  • de toetscommissie (leerjaar 1-4);
  • het expertise- en begeleidingscentrum (EBC);
  • de examencommissie/examensecretaris;
  • de directeur onderwijs;

Evaluatie toetsprogramma

Het toetsprogramma wordt jaarlijks in de vakgebieden geëvalueerd. Met de procedure wordt in januari van elk schooljaar gestart. Een schematische weergave van deze procedure ziet er als volgt uit:

Basiskwaliteit schoolexamen en (centrale) examinering

Met betrekking tot het schoolexamen (PTA) gelden specifieke wettelijke regels. Hoe hier op De Meerwaarde mee om wordt gegaan, is terug te vinden in het ‘Handboek toetsing en examinering’. Doel van dit handboek is om de betrokken medewerkers van De Meerwaarde duidelijkheid te bieden ten aanzien van de verschillende procedures die betrekking hebben op het School Examen (SE) en het Centraal Examen (CE). Dit zal bijdragen aan een goed verloop van de examens.

Als leidraad hanteert de examencommissie de protocollen van de VO-raad. Naast de wettelijke bepalingen van het Ministerie van OC&W zijn in dit handboek de keuzes die op De Meerwaarde zijn gemaakt ten aanzien van de invulling en uitvoering van de regelgeving beschreven.

Examensecretaris, examencommissie, examenbureau en toetscommissie

Op De Meerwaarde is onder verantwoordelijkheid van het bestuur door de directie een examensecretaris aangewezen. In de praktijk is de examensecretaris de spin in het web, verantwoordelijk voor een correcte en zorgvuldige uitvoering van het geheel van de (school)examenprocedures, in samenwerking met medewerkers op alle niveaus in de school: administratie, secretariaat, applicatiebeheer, examinatoren, schoolleiding en teamleiding, conciërges, roostermakers en andere leden van het OOP. Daarnaast is de examensecretaris doorgaans de contactpersoon voor intern en extern betrokkenen bij het schoolexamen en het centraal examen.

De examensecretaris maakt deel uit van de examencommissie, die verder bestaat uit een onderwijskundigen en een docent. Beiden hebben een achtergrond in het vmbo-onderwijs. De examencommissie adviseert bestuur en directie ten aanzien van beleidsmatige aspecten en levert jaarlijks een jaarverslag aan het College van Bestuur aan. Daarnaast is er een examenbureau ingesteld. Dit orgaan houdt zich bezig met de organisatorische zaken rondom toetsing en examinering in het SE en ondersteunt hierin de examensecretaris. De examensecretaris maakt ook deel uit van het examenbureau. Bovendien maakt de examensecretaris deel uit van de toetscommissie. Dit orgaan is de linking pin tussen beschreven beleid en uitvoering ervan. De toetscommissie onderhoudt communicatie met de vakgroepen en ziet toe op uitvoering van vastgesteld beleid.